Duits tegenoffensief in de oostelijke Betuwe

Duits tegenoffensief in de oostelijke Betuwe
Onderdeel van Westfront, Tweede Wereldoorlog
Datum 1 – 7 oktober 1944
Locatie Betuwe
Resultaat geallieerde overwinning
Strijdende partijen
Vlag van nazi-Duitsland nazi-Duitsland Vlag van Verenigd Koninkrijk Verenigd Koninkrijk
Vlag van Verenigde Staten (1912-1959)
Leiders en commandanten
Vlag van nazi-Duitsland nazi-Duitsland
Willi Bittrich
Vlag van Verenigd Koninkrijk Verenigd Koninkrijk
Brian Horrocks

Het Duitse tegenoffensief in de oostelijke Betuwe was de een poging van de Duitse Wehrmacht om na afloop van Operatie Market Garden de geallieerden weer uit de Betuwe te verdrijven. Het Duitse opperbevel beschouwde het geallieerde bruggenhoofd (ook bekend als “The Island”) in de Betuwe als een belangrijke dreiging voor een verdere opmars naar Duitsland. Daarom was het belangrijk dat dit bruggenhoofd opgeruimd werd. Naast de al in de Betuwe aanwezige 10. SS-Panzer-Division Frundsberg werden daarom nog twee Heeres pantserdivisies toegewezen om deze aanval uit te voeren. Op 1 oktober 1944 zetten de Duitsers onder bevel van het II SS Pantserkorps van SS-Obergruppenführer Willi Bittrich het offensief in, maar konden nergens meer dan een paar kilometer oprukken. De Britse troepen in dit gebied, onder bevel van de 43e (Wessex) Infanteriedivisie van Major-General Ivor Thomas voerden een taaie verdediging. Vanaf 4 oktober zetten de Britten, met vers aangevoerde troepen, de tegenaanval in en veroverden nog meer terrein dan ze prijsgegeven hadden. De Duitsers hadden onvoldoende kracht om hun offensief te laten slagen, noch om de Britten tegen te houden. De meeste Duitse troepen werden snel weer afgevoerd om deel te nemen aan de slag bij Aken. De drie deelnemende Duitse divisies hadden stevige verliezen geleden, maar ook de Britse infanterie had gevoelige verliezen.


© MMXXIII Rich X Search. We shall prevail. All rights reserved. Rich X Search